AOW-uitkering berekenen

Het aanvragen van je AOW-uitkering doe je via de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Je ontvangt normaal gesproken een brief van de SVB ongeveer 4 maanden voordat je de AOW-leeftijd bereikt. In deze brief staat informatie over de aanvraagprocedure en wat je moet doen om je uitkering te starten.

Je kunt je AOW-uitkering eenvoudig online aanvragen met je DigiD via de website van de SVB. Zorg ervoor dat je alle benodigde documenten en informatie bij de hand hebt, zoals je burgerservicenummer (BSN) en informatie over je burgerlijke staat. Als je liever niet online aanvraagt, kun je ook telefonisch contact opnemen met de SVB om het aanvraagproces te bespreken.

Het is belangrijk om je AOW op tijd aan te vragen, zodat je geen vertraging in je betalingen ervaart. De SVB probeert je aanvraag snel te verwerken, maar het is raadzaam om een buffer van minimaal een maand aan te houden voordat je de AOW-leeftijd bereikt.

Je bouwt AOW op voor ieder jaar dat je in Nederland woont of werkt, en dit begint 50 jaar voor je AOW-leeftijd. Als je bijvoorbeeld je AOW ontvangt vanaf 67 jaar, start de opbouw vanaf je 17e. Voor ieder jaar dat je buiten Nederland hebt gewoond zonder een vrijwillige AOW-verzekering, mis je 2% opbouw.

Om te voorkomen dat je AOW-uitkering lager uitvalt door verblijf in het buitenland, kun je je vrijwillig verzekeren bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Dit kan echter alleen onder bepaalde voorwaarden en binnen een bepaalde termijn na vertrek. Door zelf premies te betalen, behoud je je AOW-rechten tijdens het verblijf in het buitenland.

Na terugkeer in Nederland kun je bij de SVB een overzicht aanvragen van je AOW-opbouw. Dit overzicht laat zien hoeveel jaren je hebt opgebouwd en welk effect je verblijf in het buitenland heeft gehad. Zo krijg je duidelijk inzicht in je toekomstige AOW-uitkering en eventuele tekorten in opbouw.

De AOW-toeslag voor een jongere partner is in 2015 afgeschaft voor nieuwe gevallen. Alleen mensen die vóór 1 januari 2015 al AOW ontvingen, kunnen nog recht hebben op deze toeslag zolang hun partner geen eigen inkomen heeft en onder de AOW-leeftijd blijft.

De toeslag was oorspronkelijk bedoeld om AOW’ers met een jongere, niet-verdienende partner extra financiële ondersteuning te bieden. De maximale toeslag was ongeveer 50% van het netto minimumloon, maar door kostenbesparingen is de regeling beëindigd voor nieuwe AOW-gerechtigden.

Als je nu AOW ontvangt en je partner jonger is dan de AOW-leeftijd, heb je helaas geen recht meer op de toeslag. Voor financiële ondersteuning zijn er eventueel andere voorzieningen of regelingen waar je bij de SVB of gemeente navraag naar kunt doen.

De AOW-uitkering wordt levenslang uitgekeerd vanaf het moment dat je de AOW-leeftijd hebt bereikt. Dit betekent dat je deze basisuitkering ontvangt zolang je leeft. De AOW is bedoeld als een basispensioen voor alle inwoners van Nederland die de AOW-leeftijd hebben bereikt.

Het bedrag van je AOW kan variëren, afhankelijk van of je gehuwd of ongehuwd bent, en of je altijd in Nederland hebt gewoond en gewerkt. Voor ieder jaar dat je buiten Nederland hebt gewoond zonder een vrijwillige AOW-verzekering, kan je uitkering met 2% worden verminderd.

Bij overlijden stopt de AOW-uitkering automatisch. Nabestaanden hoeven geen actie te ondernemen voor het beëindigen van de uitkering, omdat de gemeente het overlijden doorgeeft aan de SVB.

Ja, de bruto AOW-bedragen worden twee keer per jaar aangepast door de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Deze aanpassingen vinden plaats op 1 januari en 1 juli van elk jaar. De hoogte van de AOW is gekoppeld aan het minimumloon, waardoor de bedragen automatisch meestijgen met eventuele aanpassingen van het minimumloon.

De halfjaarlijkse aanpassing zorgt ervoor dat de AOW-uitkering meegroeit met de gemiddelde loonkosten en daarmee de koopkracht van AOW-ontvangers beschermd blijft. De SVB publiceert de nieuwe bedragen op hun website, zodat je eenvoudig kunt zien wat de actuele bruto AOW-bedragen zijn.

Je netto AOW-uitkering kan per persoon verschillen vanwege persoonlijke omstandigheden zoals belastingtarieven, heffingskortingen of andere inhoudingen. Het is daarom goed om in de gaten te houden dat het nettobedrag kan afwijken van de bruto AOW die wordt vermeld.

Het AOW-vakantiegeld is geen percentage van je AOW-uitkering, zoals dat vaak bij loondienst het geval is, maar een vast bedrag per maand. Dit bedrag wordt vastgesteld door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en wordt net als de AOW-uitkering twee keer per jaar aangepast.

Het vakantiegeld loopt van mei tot en met april en wordt jaarlijks in mei uitbetaald. Dit betekent dat het vakantiegeld dat je in mei ontvangt, gebaseerd is op de volgende periode:

• 2 maanden van de eerste helft van het voorgaande jaar (mei en juni).
• 6 maanden van de tweede helft van het voorgaande jaar (juli t/m december).
• 4 maanden van het huidige jaar (januari t/m april).

Het vakantiegeld wordt dus berekend over de periode van mei het voorgaande jaar tot en met april van het huidige jaar. Hierbij wordt rekening gehouden met maximaal drie verschillende vakantiegeldbedragen vanwege aanpassingen door de SVB.